Dialogen in een filmscript

Omdat je in een film niet in het hoofd van een personage kan kijken, moet je personage zijn gedachten verwoorden. Daar zijn dialogen geschikt voor. Maar hoe voorkom je dat er ontzettend saai en te veel of juist te weinig duidelijk wordt uitgesproken?

Een film is visueel

Omdat je in een film alles moet kunnen zien en er relatief weinig aan de verbeeldingskracht kan worden overgelaten, moet je voor een film duidelijk kunnen schrijven. Lees hier mijn inleiding over het schrijven van een filmscenario.
Buiten het gegeven dat je in een film van alles kan zien, kan je ook dingen horen, door geluidseffecten en muziek. Goede acteurs kunnen ook al een hoop vertalen. Je hoeft dus niet bang te zijn dat je alles moet ‘tellen’; show don’t tell kan ook via andere middelen dan schrijven worden verwezenlijkt. Toch blijft het belangrijk om te bedenken dat de tekst die je schrijft juist méér moet doen dan alleen iets zeggen (lees: hapklaar vertellen wat er speelt, door het ronduit zo op te schrijven.) Probeer zoveel mogelijk tussen de regels door iets te vertellen over je personages of de omstandigheden. Dialogen zijn daar uitermate geschikt voor.

Filmdialoog en het personagekarakter

Ironisch genoeg kan het show don’t tell principe in zijn letterlijke zin helemaal omgekeerd uitpakken als je een goede dialoog schrijft in een film. Door iets te zeggen, laat je zien hoe iets in elkaar steekt. Dat kan je met bijna iedere situatie doen, maar juist als het om het beschrijven van karakter gaat, is een goede dialoog belangrijk. Als je een personage hebt dat altijd chagrijnig is, kun je dat niet altijd met een boos gezicht laten rondlopen. Mimiek is in verhouding tot gesproken woorden relatief subtiel. Je moet het vaker of meer uitvergroot laten terugkomen om het echt op te laten vallen. En als je personage echt de hele tijd met een boos hoofd rondloopt, wordt dat ook weer ongeloofwaardig. Al is het maar dat je niet weet waarom hij steeds zo boos is: je kan niet in zijn hoofd kijken. Je kan een ander personage natuurlijk naar het waarom laten vragen, maar dan neem je tell overdreven letterlijk.
Wat dan helpt, is om te kijken naar welke karaktertrekken of omstandigheden je personage nog meer heeft. Kijk daarvoor in je personagebiografie en ga het een en ander combineren.

Voorbeelden van karakteruitwerkingen in dialoog

Om duidelijk te maken hoe dat in de praktijk werkt, is hier een aantal personages met verschillende karaktertrekken en omstandigheden.

PersonageKenmerken van het personage
Lydia rijkeluiskindje, niet zo goed op school, dol op oude culturen
Boazuit op macht, slecht in zelfreflectie, eenzaam
Akramsociaal, gek op techniek, had een strenge moeder

Deze personages hebben liefdesverdriet en kloppen aan bij Sjors de psycholoog om erover te praten. Lydia komt eerst.

SJORS
Waarom is het uitgegaan?

LYDIA
Ik kon steeds minder met hem afspreken, want ik had heel veel bijles. Hij vond dat we elkaar te weinig zagen.

SJORS
Denk je dat je iets had kunnen doen om hem dichtbij je te houden?

LYDIA
Ik had hem een duur cadeau kunnen geven. Zo maakt mijn vader het ook altijd goed als hij lang weg is geweest. Wist je dat ze in oudere volkeren ook altijd dure cadeaus gaven als teken van liefde?

Nu is Boaz aan de beurt.

SJORS
Weet je wat er mis is gegaan in de relatie?

BOAZ
Geen idee. Die vrouw zei gewoon ineens dat ze genoeg van me had.

SJORS
Is er vaker een relatie zo geëindigd?

BOAZ
Al mijn zeven relaties zijn zo geëindigd.

SJORS
Dat is best vaak, voor datzelfde einde. Had je een goede relatie met je ouders?

BOAZ
Ik betaal je niet om over mijn jeugd te zitten ouwehoeren. Ik wilde het over mijn relaties hebben, dus dat gaan we hier bespreken en niets anders!

SJORS
Klopt, je kwam voor je relatie. Maar misschien kan ik je helpen een pijnpunt te ontdekken waar het steeds misloopt.

BOAZ
(met tranen van woede in de ogen)
Ik heb verdomme geen pijnpunten, zielenknijper! En ik zit heus niet weg te kwijnen in mijn eentje. Ik heb niemand nodig!

Als je niet eenzaam bent en geen pijnpunten hebt, waarom schrééuw je dan dat je niemand nodig hebt en word je boos als iemand oppert dat je zwaktes hebt, Boaz?

Akram is de hekkensluiter.

SJORS
Denk je te weten waar het mis is gegaan?
AKRAM
Ik vond haar aanwezigheid te vanzelfsprekend; ik deed te weinig moeite voor haar. Ik was vaak ook bij andere vrienden. Daar heb ik wel spijt van… Ik schaam mezelf. Ik zou het liefst nu gewoon een week in de garage zijn en niets anders doen dan aan auto’s sleutelen. .
SJORS
Je mag best afleiding zoeken, hoor. Daar is niks mis mee.
AKRAM
(lachend)
Dus ik hoef niet meteen mijn hele jeugd naar boven te halen?

Sjors grinnikt.

SJORS
Nee hoor! Al zou ik je wel aanraden om veel groente en fruit te eten. Dat geeft je extra weerstand en dat kan je goed gebruiken als je liefdesverdriet hebt.

AKRAM
Verdorie nog aan toe Sjors! Dacht ik dat je niet als mijn strenge moeder zou klinken en dan herinner je me nog aan haar door te benadrukken extra groente te eten. Man, dat heeft ze er mij als kind geprobeerd in te rammen. Zo erg dat ik nu nog steeds misselijk wordt als ik alleen al naar broccoli kijk.

Sjors en Akram lachen.

Je ziet dat het belangrijk is om tussen de regels door iets duidelijk te maken. Soms kan dat relatief duidelijk, andere keren mag je het overlaten aan context en andere dingen als mimiek en regieaanwijzingen binnen de gesproken tekst. Je mag een personage langer of korter laten praten. Wat dat betreft is er geen goed of fout. Maar nog meer dan in een boek is het in een film zeer vermoeiend als je personages ellenlang of inhoudsloos praten. Zorg er daarom voor dat de woorden die wel worden uitgesproken zowel letterlijk als figuurlijk veelzeggend zijn.

Een filmscript schrijven

Als je een filmscript gaat schrijven, schrijf je een tekst die naar beeld vertaald moet worden. Dan moet je met een aantal dingen rekening houden waar je niet meteen bij stilstaat als je het gewend bent om een boek te schrijven.

Boek versus film

Het belangrijkste verschil tussen een boek en een filmscript is dat een film een visueel medium is. Alles moet uiteindelijk zichtbaar zijn. Dat betekent dat je niet in het hoofd van een personage kan kijken. Stel je een romantische scène voor waarin de eerste ‘Ik hou van jou‘ uitgesproken wordt. In het boek ligt de nadruk waarschijnlijk op wat er in het hoofd van het personage omgaat:
Het was alsof Kristens maag opzwol van verwachting, terwijl ze het bloed razendsnel door haar lijf voelde gaan. Haar lippen waren plotseling kurkdroog. Ze raapte haar moed bijeen, telde inwendig tot tien en zei: ‘Ik hou van je.’
Als je deze scène zou kopiëren en plakken naar het beeld, blijft er niets spannends over, want niets hiervan is visueel zichtbaar. Bij een filmscript ben je aangewezen op lichaamstaal, stemvolume, mimiek, en al het andere waarmee een acteur een persoonlijkheid kan neerzetten. Natuurlijk helpt tekst daar ook bij, maar show don’t tell is in de letterlijke zin belangrijker in een filmscript dan in een boek.
Andersom is wat visueel goed werkt in een film, soms nauwelijks of niet te vertalen naar een boek.
Juist omdat je in een boek vaak naar de gedachten van een personage uitwijkt, kan juist de afwezigheid van die gedachten en een gegeven soms gewoon aanschouwen, zeer lastig zijn om in een boek (compact) uit te werken .

Kijk eens naar deze scène uit de film Up. Carl en Ellie kennen elkaar sinds ze een jaar of zeven zijn. Ze raakten bevriend vanwege hun gezamenlijke interesse voor zeppelins, ballonnen en hun bewondering voor het regenwoud in Venezuela. Daar beloofden ze elkaar ooit een zelfgebouwd, veelkleurig huis neer te zetten. In slechts vier minuten, zonder dat er een woord wordt gezegd, komt er zo’n beetje vijftig jaar gelukkig huwelijk voorbij. De scène werkt perfect (houd tissues paraat!), maar hem op deze manier uitwerken in een boek zou vrijwel ondoenlijk zijn.

Schrijf recht voor zijn raap

Een script vormt natuurlijk een basis voor een film, maar dat is niet wat een kijker uiteindelijk te zien krijgt. In vergelijking met een roman moet je voor je gevoel erg staccato schrijven, heel erg tell, voor weinig vrije interpretatie vatbaar. Schrijf bijvoorbeeld niet in een scèneomschrijving: Vader en zoon zitten aan een rommelige tafel, maar: Vader en zoon zitten aan een tafel waar slordige stapels papier op liggen en de ontbijtborden van die ochtend nog opstaan. Een filmscript moet vooral functioneel zijn, niet mooi geschreven. De filmcrew moet er direct mee aan de slag kunnen. Het is niet de bedoeling dat ze nog moeten overleggen hoe rommelig de tafel nog moet zijn. Dat bepaal jij als schrijver, en daarmee geef je meteen een sfeeromschrijving, of een show don’t tell: rommel zoals hierboven is een andere rommel dan de rommel waar de tafel nog vol ligt met knutselspullen van gisteren. Het een duidt al meer naar chaos, waar het andere nog naar bepaalde gezelligheid zou kunnen verwijzen.

Geen tijd meer interpretatie: na het lezen van je tekst moet men meteen kunnen overgaan op: “Lights, camera, action!

Schrijven voor de acteur

Een acteur verstaat zijn vak, dus als je zegt dat hij blij moet zijn, of in tranen uit moet barsten, weet hij wel hoe dat moet. Toch is het ook fijn als je in je schrijven duidelijk bent wat je al dan niet verwacht. Hoe groot is een emotie van je personage op een tienpuntschaal? Hoe uit zich dat (ongeveer)? Je kan acteurs een zetje in de goede richting geven door te bedenken welke acties er bij welke emoties en de bijbehorende tienpuntschaal horen. En zoals gezegd: schrijf als het even kan niet iets waarbij een kijker zou moeten zien wat er in het hoofd van het personage omgaat of welke sfeer jij als schrijver over wil brengen. Enkele voorbeelden:

Dit werkt (beter)Dit werkt niet (zo goed)
Ze opent haar mond en doet hem weer dichtZe wil iets zeggen, maar bedenkt zich
Ze springt op van haar stoel en loopt stampvoetend de kamer uit Ze wordt woedend
Ze haalt diep adem en wacht een paar tellen voor ze begint te pratenZe zet zich schrap: dit wordt het moment van de waarheid.
Ze kucht een paar keerHaar keel wordt droog
Er is een lange stilte waarin niemand praat, of elkaar aankijkt. Zodra Els begint te praten, is dat met een onnatuurlijk hoge stem.De sfeer is om te snijden.

Dialoog als karakterspiegel

Natuurlijk is ook in film dialoog een middel om bepaalde expositie te geven. Maar nog meer dan bij een boek is het in een script makkelijker om in een tell te belanden. Je kan namelijk niet beschrijven wat er in het hoofd van personages omgaat. Dus op de een of andere manier moeten ze dat verwoorden. En al ben je nog zo’n expert in lichaamstaal, van een gefronst voorhoofd of tandenknarsen kan je niet aflezen wat een personage precies denkt of waarom hij een emotie voelt. Dan ligt een dialoog als deze op de loer:

ELS:
Ik ben er zó klaar mee dat Joop nooit meehelpt in het huishouden!
CLARA:
Doet hij echt niks?
ELS:
Eén keer per week ruimt hij de vaatwasser uit. En dan krijg ik de rest van de week te horen: ‘Ik heb de vaatwasser toch al uitgeruimd gisteren? Hoezo moet ik dan nu nog de tafel dekken?’
CLARA:
Pfff… Je hebt gelijk, meid. Wat een luie man heb jij.

Els is boos en Joop is lui. Hoe droog en tell wil je het hebben? Daarom worden dialogen in scripts vooral gebruikt om de karaktertrekken van je personage te beschrijven. Wat zeggen ze precies? Wanneer, waarom, hoe, tegen wie? Of waarom juist al dat voorgaande niet? Daarover kan je in deze blogpost meer lezen.