Hoewel het bij sommige schrijfstijlen uitgesproken de bedoeling is dat de schrijver een verhaal letterlijk lijkt te vertellen aan de lezer, is dat niet effectief als dat slechts in enkele zinnen gebeurt. Dan gaat dat ten koste van de innerlijke film die voor de ogen van de lezer draait. Toch kan je soms de noodzaak voelen om de lezer net iets meer te sturen. In deze blogpost kijken we hoe je dat kan doen zonder in het vertelleffect te belanden.
Wat is het verteleffect?
Een korte opfrisser van het verteleffect: door enkele ongelukkige woordkeuzes wordt de schrijver zichtbaar door net iets te letterlijk te verklaren wat er gebeurt of wat het personage beweegt. Dat niet alleen, de schrijver trekt daarmee ook bepaalde conclusies die ofwel vanzelfsprekend zijn, of die helemaal niet aan de schrijver zijn om te trekken. In dat laatste geval neem je de lezer de vrijheid af om zelf een beeld of een mening bij je tekst te vormen.
Verteleffect in de dop: de boodschap
Als je een verhaal schrijft, heb je een moraal of een verhaalthema dat je aan de lezer duidelijk wil maken. Die heb je als het goed is aan de tekentafel al duidelijk. Kijk nog eens naar je woordenweb, lijst aan leuzen of al die andere dingen uit je opschrijfboekje die je hebben geholpen die af te bakenen. In deze blogpost houd ik het voorbeeld aan van Felicia Feminist: een doorgeslagen casus van een vrouw die het glazen plafond tegenkomt.
Haar verhaal is erg gevoelig voor een verteleffect. Niet zozeer vanwege het thema zelf, maar omdat de uitwerking ongenuanceerd en extreem is. En dan sluipt een verteleffect er erg makkelijk in. In Felicia’s verhaal is Co CEO de personificatie van het glazen plafond. Hij is de oorzaak en het gevolg van alle problemen. Dus als Co maar op zou donderen, wordt Felicia zomaar ineens en wonderbaarlijk genoeg de CEO van het bedrijf en hebben ook ineens alle vrouwen van de hele wereld een eerlijke positie in het bedrijfsleven. De boodschap is kortom: mannen moeten plaatsmaken voor vrouwen in het bedrijfsleven.
Ook kan het verteleffect ontstaan door Felicia tot boodschapper te degraderen. In plaats van een veelzijdig personage, is zij slechts iemand die moet laten zien hoe belangrijk het feminisme is.
Verteleffect aan de tekentafel
Kijk ook eens hoe je bepaalde boodschappen of overtuigingen van je personage in je personagebiografie hebt genoteerd. Let daarbij ook op hoe vaak die terugkomen. Bijvoorbeeld:
Felicia’s motto: Girlpower is the best power
Felicia’s seksuele oriëntatie: lesbisch (zelfs in de seksuele zin mag ze niets aan mannen hebben of ze interessant vinden)
Felicia’s trauma: heftige aanranding door een man in haar tienertijd
Felicia is hiermee vrij extreem vrouwgericht of anti-man. Een trauma is een belangrijke drijfveer voor zowel een verhaal als een personage persoonlijk. Maak Felicia dan niet ook nog eens expliciet lesbisch om de boodschap te versterken dat ze ‘beter is’ dan mannen of geen mannen nodig heeft Dan wordt ze slechts een doorgeslagen trope.
Merk je op dat je een vertelleffect in je tekst heb staan, zoek dan in je aantekeningen naar dit soort overdaad van een en dezelfde overtuiging, of oppervlakkige schets van je personage. Stel jezelf vragen als:
* Wat is de verhouding tussen de boodschap van mijn verhaal en het aantal punten in de personagebiografie die daarop aansluiten?
* Heeft je personage nog een ander doel dan de boodschap uitdragen?
* Waarvan moet je personage precies groeien? Wat is precies het centrale conflict?
Als je nog in een vroeg statium van het schrijven zit, kan je teruggaan naar de tekentafel en het een en ander aanvullen of aanpassen. Als je verhaal meer diepgang krijgt, val je niet zo snel in de vertelstijl. Ben je al verder in het verhaal, kijk dan uit naar vertellwoorden in de lopende tekst.
Vertellwoorden vermijden
Vertellwoorden zijn woorden als namelijk, want, daarom, blijkbaar als ze worden gebruikt om acties en gedachten van personages te verklaren die een zin of wat eerder rij letterlijk zijn uitgeschreven en regelrecht uit de personagebiografie lijken te komen. Felicia was helemaal klaar met mannen, daarom gaf ze Co een grote mond. Felicia voelde zich niet zo haar gemak: deze man deed haar namelijk denken aan de man die haar had aangerand.
Probeer in plaats daarvan het hier en nu vanuit het perspectief van je personage toe te lichten. Dat gaat meestal prima met een combinatie van goede sfeeromschrijving en show don’t tell. Ook kan show don’t speak een goede aanvulling zijn. Dan krijg je voorbeelden als:
“Felicia, ik praat tegen je!”
Co’s stem echode door de ruimte en meerdere collega’s keken verschrikt op. Carmen dook ineen en zag plotseling iets heel interessants op haar computerscherm staan.
Felicia trok een vragende wenkbrauw op.
“Staar me niet zo onnozel aan, vrouw!”
Felicia’s bloed begon te koken. Inwendig begon ze tot tien te tellen. Ze was nog niet bij de vier of ze zag Co’s blik afdwalen naar haar boezem.
“Kun jij nou echt niks? Geef eens antwoord!”
Hou op met in mijn bloes kijken, vuile… Bewijs ik pas mijn waarde aan jou als ik die uit zou trekken? Dacht Felicia. Haar gedachten gingen razendsnel: ze zou Co niet meer aanleiding geven om haar nog verder te vernederen.
“I-ik dat was mijn fout. Ik zal het meteen rechtzetten.”
Co liep met een tevreden knikje en een hanenloopje het kantoor uit. Felicia ging terug naar haar bureau en stopte Carmen even later een briefje toe: Ben je er al klaar voor om samen met mij een klacht in te dienen of wachten we nog even?
Dan vermijd je zinnen als: Felicia wist dat Carmen ook regelmatig onheus bejegend werd. Het was tijd om actie te ondernemen: ze was er nu namelijk wel klaar mee. Als Co zelfs al in haar bloes ging staren…
Het is niet altijd nodig om altijd langere scènes te schrijven om vertellwoorden te vermijden. Maar onthoud wel dat de lezer liever met het personage meekijkt dat iets beleeft dan luistert naar een schrijver die iets wil benadrukken.
Foto door Fa Barboza verkregen via Unsplash.
