De ‘Wat-vijand’: moraal overbrengen in je boek

Er zijn verhalen waarbij je een boodschap mee wil geven aan de lezer. Maar een boek dat vooral een moraalridder in plaats van een bron van vermaak of inspiratie wil zijn, leest niet fijn. Je kan dan beter de held van je verhaal tegen de wereld laten vechten op een manier die relatief onzichtbaar is.

De broodnodige vijand

Een held heeft in een verhaal een vijand nodig. Dat is belangrijk voor het verhaalthema: het geeft je boek een prettig kader voor wat er moet gebeuren: als je held het goede of het licht symboliseert, moet de vijand duisternis symboliseren om ervoor te zorgen dat de held niet al te fluitend door het leven gaat. Vaak is de vijand een ander personage: de machtswelluste dictator, de ouder die de verliefde tieners uit elkaar wil trekken…
Maar niet ieder verhaal heeft een ‘iemand’ als een verhaal nodig. Verhalen waarin een moraal centraal staat, doen het beter als je een ‘iets’ de vijand maakt.

Bepaal en behoud de ‘wat- vijand’

‘Een ‘wat-vijand’ zijn dingen als: maatschappelijk onrecht, armoede of een extreem gevoel van eenzaamheid. Dingen die groter zijn dat de persoonlijke wereld van je held alleen, of wat je held kan overkomen. Het zijn ook zaken die je als verhaalthema zou kunnen gebruiken. Maar daar zit een valkuil in verborgen als je met je verhaal ook een moraal mee wil geven over datzelfde thema: personificatie.

Zoals je kon lezen in de inleiding op deze blogpost, komt het zelden voor dat iemand letterlijk representeert wat je held dwarszit en wat die moet overwinnen. Dat leest namelijk vreselijk geforceerd. Als het probleem van jouw feministische heldin Felicia Feminist is dat er gemene mannen aan de bedrijfstop zitten, is het wel erg toevallig *kuch* dat zodra ze de man op de zesde verdieping wegjaagt, al haar problemen zijn opgelost. Daarmee vergeet je dat niet Co de CEO als eenzaam persoontje de vijand of het verhaalthema is, maar het feit dat je heldin niet door het glazen plafond kan breken. Co (wie?) mag in een moralistisch verhaal niet de vijand worden, dat moet dat glazen plafond blijven (wat?)

Wat zijn de (minder) zichtbare tegenslagen?

Denk eens aan iemand die je niet mag. Niet je ergste vijand, maar iemand waar je wel een onprettig gevoel bij hebt. Schrijf nu eens op waarom. Wat doet diegene of wat heeft diegene gezegd waarvan je denkt: Nou… nee.
Waarschijnlijk zijn dat maniertjes, uitspraken of overtuigingen waarvan je niet met recht kan zeggen dat deze persoon in-en in slecht is, maar die desondanks vaker terugkomen en je ongemakkelijk laten voelen. Bijvoorbeeld:
* Hij neemt net iets te vaak de leiding in een gesprek, waardoor ik vind dat hij niet zo goed luistert.
* Zij laat zodanig vaak een taak liggen, dat ik erop begin te rekenen dat ik haar taak moet overnemen.
* Hij gebruikt het woord ‘vrouwtje’ zodanig vaak en met zo’n intonatie dat ik niet zeker meer weet of hij dat liefhebbend of neerbuigend bedoelt.

Zie je de twijfel in deze formuleringen? Wat je ergert is er wel, maar niet genoeg om te zeggen dat deze persoon meteen een ongevoelige hork, waardeloze collega of vrouwenhater is. Zo’n zelfde nuance moeten je plotpunten, scènes en dialogen krijgen als je een verhaal wil schrijven waarin een moraal de ruimte krijgt, maar niet alles overheersend wordt.
In tegenstelling tot:
* Hij laat nooit iemand uitpraten, praat luid en over iedereen heen
* Zij voert geen donder uit en ik moet iedere taak van haar overnemen: ik heb nu een parttime baan erbij
* Hij zegt steevast bij binnenkomst: ‘Hé vrouwtje, nu lust ik wel een biertje. Ga dat eens halen!”

Felicia Feminist en Sterke Steffie

We gaan kijken hoe dit er in de praktijk uitziet. Felicia Feminist is de sterke vrouw van de doorgeslagen trope, Sterke Steffie is daadwerkelijk een sterke vrouw: een van wie je kan zeggen dat ze tegenslagen overwint, niet per se iemand neer hoeft te halen en dat ze herkenbaar is voor vrouwen met een ‘echt’ leven: inclusief het doodnormale gezinsleven, de dagelijkse sleur en menselijke gevoelens en worstelingen. Beide vrouwen worstelen met het glazen plafond: hun ‘wat-vijand’.

De ‘wat vijand’Felicias verhaal Steffies verhaal
Mannen hebben meer macht dan vrouwenFelicia wordt afgeblaft door Co CEO zodra ze maar door dezelfde gang lopenSteffie is een van de weinige vrouwen in het bedrijf en ze zit niet in de vergadercommissie.
De vrouw zit niet bij de pakken neerFelicia schrijft -zodra Co niet kijkt – een bedrijfsrapport over gendergelijkheid dat ze later met rechte rug en een trots knikje bij Co op zijn bureau neerkwakt.Steffie schrijft een marketingsvoorstel en legt dat voor aan een (mannelijke) collega, in goed overleg
De vrouw kan haar eigen boontjes doppenFelicia vraagt nooit een (mannelijke!) collega om hulpSteffie neemt feedback van collega’s mee en gaat daarmee verder.
De vrouw is capabelAchter haar rug om zijn de (mannelijke) collega’s bang voor Felicia’s vooruitgang en proberen die in de kiem te smoren.Tijdens een vergadering wordt Steffies marketingsvoorstel afgewezen. Het is wel goed, maar te duur om uit te voeren.
De vrouw is geen Mary SueFelicia barst op het toilet in snikken uit als Co weer eens tegen haar heeft geschreeuwdSteffie verliest een deel van haar concentratie en wordt minder scherp, als ze overuren draait om haar marketingsvoorstel te herschrijven en in de tussentijd haar huishouden en gezin draaiende probeert te houden.

Merk op dat Felicia’s verhaal geen echte plotlijnen heeft, maar slechts losse momenten. Bovendien heeft Steffie ruimte voor groei: Felicia moet alleen maar overwinnen. Alleen al daarom is Felicia ongeschikt als heldin met een centraal conflict. Bovendien is alles wat er in haar verhaal gebeurt heel groots, niet bepaald subtiel.
Steffies verhaal hoeft niet altijd ‘braaf‘ te zijn, maar waak ervoor dat wat haar overkomt niet buiten proporties raakt.
Kijk zo eens naar je moraal: zit daar nog een verhaal in, of lijkt dat maar zo op de oppervlakte, omdat diezelfde oppervlakte alle ruimte opzuigt ?

Foto door Arièle Bonte verkregen via Unsplash.

Plaats een reactie