Een plot in een verhaal moet altijd vaart houden, zoveel is iedere bij schrijver bekend. Een van de manieren, zeker bij spannende verhalen, is om ervoor te zorgen dat er iets op het spel staat.
Hoe blijft een plot lopen?
Om bij het begin te beginnen: een plot loopt en blijft lopen doordat er steeds iets blijft lopen. Er is altijd iets aan de gang, waarover de lezer meer wil weten dus door blijft lezen. Dat kan je bereiken door de actie-reactieregel, of door wat en waarom-vraag te stellen. Als er iets aan de hand is en de personages daarop reageren, heb je in ieder geval steeds iets nieuws of spannends te vertellen. Dit kan je versterken door het vanuit het perspectief van het personage te bekijken. Hoe moet dit voor het personage voelen? Wat heeft het personage hier te halen?
Als het erop aankomt…
Je personages zijn degene die het plot beleven, dus ook degene die de acties in gang zetten. Zelfs als een externe factor de oorzaak is van een gebeurtenis, zijn de personages het die ‘besluiten’ wat er vervolgens met het grote geheel gebeurt. Als het regent, worden de personages nat. Het weer kunnen ze niet sturen, maar op ze vervolgens een paraplu gebruiken, dat is aan hen. En dat kan dan bepalen of ze later in het plot kouvatten of niet.
Om het plot vlot te houden, kan je kijken naar de personagebiografie. Zoek dan vooral naar zaken die je kan rangschikken. Het zinnetje “als het erop aankomt, dan…[ verkies ik dit boven dat]” kan je daarbij helpen:
* Als het erop aankomt, verkies ik vrienden boven familie
* Als het erop aankomt, verkies ik de sportschool boven een avondje op de bank
* Als het erop aankomt, verkies ik veiligheid voor zekerheid.
enzovoorts.
Als je ervoor wil zorgen dat je plot altijd iets interessants heeft, kan je een situatie in je verhaal verwerken dat je personage dwingt deze vraag te stelllen.
Wat staat er op het spel in het plot?
Jezelf een held noemen in een boek is makkelijk, maar die titel moet je wel verdienen door in actie te komen. En het plot moet weer iets aan het personage geven om in actie te kúnnen komen. Voor het de vraag is of je je paraplu opsteekt, moet er wel sprake zijn van regen. Dit vormt een mooi samenspel: het personage moet handelen, wil er überhaupt een plot ontstaan en dat plot moet zaken aan het personage voorleggen zodat het kan blijven handelen.
Maar het wordt pas echt interessant als er ook iets voor het personage op het spel staat. Dat is het moment waarop het plot aan het personage lijkt te vragen: nu komt het erop aan, dus wat ga je doen? Je hebt iets te halen, te winnen of verliezen, afhankelijk van de keuze die je maakt.
Als je die vraag centraal stelt, heeft een plot altijd een fatsoenlijke drijfveer en voorkom je ermee dat het altijd maar voortsleept. ‘Wat staat er op het spel?’ is zeker in thrillers en horror een belangrijk en ook vanzelfsprekend als voorwaarde voor spaninng, maar je kan het ook veel kleinschaliger bekijken:
Een kleuter krijgt de keuze: buiten spelen of binnen blijven voor een snoepje? Buiten speelt een vriendje, binnen wacht wat lekkers. Als het kind binnenblijft, kan het zijn dat het vriendje later niet meer met het kind wil spelen. Dat zal misschien niet het hele plot ondersteboven keren, maar als er inderdaad voor het snoepje wordt gekozen, kan het plot wel een andere kant opgaan.
Persoonlijke keuze bepaalt het plot
Hoewel de gevolgen van zo’n persoonlijke keuze niet altijd wereldschokkend zullen zijn, is het wel belangrijk dat het personage die gevolgen ondervindt als gevolg van die keuze. Dat geeft het personage een reden om niet vanaf de zijlijn toe te kijken en het plot wordt er spannend door, omdat het de indruk wekt dat wat je personage kiest, het verhaal ook stuurt: de persoonlijke keuze bepaalt. Hiermee wordt je held vanzelf ook unieker: zet een ander personage in dezelfde situatie en het verhaal loopt misschien wel anders.
Maak de inzet groot of aanwezig
Als er iets op het spel staat, kan dat het plot gaande houden. Maar je kan het ook bloedstollend spannend maken door het al dan niet handelen van je held een leven af te laten hangen. Daarbij geldt dat hoe meer er van de keuze afhangt, hoe spannender het is. Zeker in een losse scène kan dat de nodige vruchten afwerpen. Denk dan aan het moment dat de vijand al het mes op de keel van de geliefde heeft staan.
Soms is een inzet niet meteen duidelijk, of direct aanwezig. In het hier en nu is er niets aan de hand. Dat is voor even niet erg: soms is het ook tijd voor een sfeeromschrijving. Maar als je merkt dat het plot stokt, kijk dan eens hoe lang het geleden was dat er sprake was van een duidelijke inzet. De kans is groot dat je plot is ingezakt omdat er te lang geen sprake is geweest van een duidelijke inzet.
Loop je daarop vast, kijk dan eens op je een tussentijdse kleine inzet toe kan voegen. Of laat je prersonges anders bewust zijn van dat er in het ‘daar en straks’ iets gebeurt dat zaaien en oogsten vergt. Met andere woorden: het is tijd om nu in actie te komen om later de gewenste uitkomst te kunnen behalen. Als je nu niet begint studeren, vergeet het dan maar om straks nog cum laude te kunnen afstuderen.
In een verhaal is er altijd wel iets te winnen of te verliezen voor je held, al is het maar op de langere duur, of op kleine schaal. Speel daar zoveel mogelijk op in en laat daarin het karakter van je personages waar je kan een rol spelen. Dan zal je lezer zich alijd af blijven vragen wat het plot of je held gaat doen. Weer een reden om de volgende bladzijde om te slaan!
Foto door Riho Kroll verkregen via Unsplash.











